Ja-maar en Bully

Op een mooie, zeldzame zomeravond in juni, ging ik naar een lezing van Bertold Gunster in Groningen met als onderwerp: ‘Omgaan met lastige kinderen.’ Een zaal vol enthousiaste mensen (voornamelijk vrouwen) en een verdiend applaus aan het slot van Bertolds betoog. Zijn adviezen aan ouders die na de pauze een casus inbrachten, waren goed getroffen. Wel erg cognitief, maar toch…Dat omdenken heeft wel wat!

De casus die mij het meeste raakte, was die van een vader en zijn zoontje. Het deed mij denken aan de aangrijpende documentaire Bully die ik de avond ervoor had gezien. Ik moest mezelf dwingen te blijven kijken omdat de beelden zo heftig waren. Je ziet o.a. een erg kwetsbaar jongetje, zo’n jongetje waarvan ik als docent zou denken; zou die het wel redden hier op school, in mijn klas? Stijf kapsel, foute bril, vreemde lippen, geen hippe kleren, stijve motoriek, sociaal onhandig. Dit jongetje werd enorm gepest vooral door fysiek geweld. De beelden waren zo heftig dat de documentairemakers op een gegeven moment moesten stoppen met filmen en besloten deze beelden te laten zien aan de ouders en de schoolleiding. De moeder merkte terecht op dat het meest schokkend was dat haar zoon niet veilig was op school en in de schoolbus.

Wat me ook trof was hoe die ouders voor hun kinderen moesten opkomen en wat een jungle het voortgezet onderwijs kan zijn.

De vader die een casus inbracht bij Bertold, vertelde dat zijn zoontje niet goed voor zichzelf opkwam. Hij werd ook ‘gebullyd’ en de vader vond dat hij assertiever moest worden en had zelfs met hem geoefend hoe hij met fysiek geweld (‘een platte klap’) aan dat getreiter een eind kon maken. Bertold merkte terecht op dat de impliciete boodschap die de vader aan zijn zoontje gaf, was dat hij niet deugde zoals hij was. Hij moest meer dit, meer dat…Hij zei: ‘Als ik hier in de zaal zou vragen, voor wie is opkomen voor jezelf een issue, dan zou driekwart z’n hand opsteken.’

Toch bleef er iets bij mij knagen na deze avond; voorop gesteld: elk kind moet veilig zijn op school, elk kind moet mogen zijn zoals hij is. Maar wie ben je op die leeftijd? Je uiterlijk heb je niet voor het uitkiezen, je kleding wordt vaak bepaald door wat je ouders leuk vinden. Ik weet nog dat toen ik docent was ik soms kinderen en hun ouders wilde toeroepen: ‘Doe iets, ga naar een goeie kapper, koop een hippe spijkerbroek, …’ En ik wist ook dat daar juist geen antenne voor was.

Zelfvertrouwen is belangrijker voor het leren dan groepsdruk.

Mijn eerste, zelfverdiende LOIS spijkerbroek gaf mij meer zelfvertrouwen dan alle complimenten van mijn ouders bij elkaar. Kleding kan enorm helpen wil ik maar zeggen. Ik zou willen dat ouders daar meer oog voor hadden. Juist als je weet, hoort of ziet dat je kind niet goed in een groep ligt. En mentoren ook. Hoe dan? Heel concreet zou je een vriendenboekje kunnen laten rondgaan nadat de leerlingen in de brugklas elkaar wat beter hebben leren kennen. Daarin kunnen ze elkaar bijvoorbeeld een top en een tip geven. ‘En die tip mag van alles zijn, zelfs een tip over kleding.’ Natuurlijk moet de sfeer veilig zijn. Op deze website staan leuke tips om sfeer te creëren in de klas en op school. Dus eerst werken aan het zelfvertrouwen, niet alleen natuurlijk uiterlijk maar ook innerlijk, daarna kan een kind voor zichzelf opkomen en zich teweer stellen tegen groepsdruk.

 

Reacties zijn gesloten.